- Instantie Hof van Justitie
- Zaaknummer A-599
- Uitspraakdatum 02 februari 2007
- Publicatiedatum 21 juni 2023
- Rechtsgebied Ambtenarenrecht
-
Inhoudsindicatie
Het Hof van Justitie is onbevoegd om kennis te nemen van het rechtsgeschil, omdat het schrijven dat ten grondslag ligt aan de vordering van verzoeker geen beschikking is in de zin van de Personeelswet. Een bescikking in de zin van de Personeelswet is naar het oordeel van het Hof: een schriftelijk besluit van een administratief orgaan, gericht op enig rechtsgevolg.
Uitspraak
HET HOF VAN JUSTITIE VAN SURINAME
A-599
[Verzoeker], wonende aan [adres] te [plaats], ten deze domicilie kiezende aan de Heerenstraat no. 14 boven te Paramaribo bij het Advocatenkantoor Beckles, voor wie als gemachtigde optreedt, mr. B.G. Beckles, advocaat,
verzoeker,
t e g e n
DE STAAT SURINAME, rechtspersoon, rechtens vertegenwoordigd wordende door de Procureur-Generaal bij het Hof van Justitie in Suriname zetelende ten Parkette aan de Henck Arronstraat no. 3 te Paramaribo, voor wie als gemachtigde optreedt, mr .F.M.S. Ishaak, advocaat,
verweerder,
De Waarnemend-President spreekt in deze zaak, in Naam van de Republiek, het navolgende vonnis uit:
(Betalend) Het Hof van Justitie van Suriname;
Gezien de stukken;
Gehoord partijen;
TEN AANZIEN VAN DE FEITEN:
Overwegende, dat [verzoeker] zich bij verzoekschrift tot het Hof heeft gewend, daarbij stellende:
- verzoeker wenst de navolgende vordering in te stellen tegen DE STAAT SURINAME, met name het Ministerie van Volksgezondheid, rechtens vertegenwoordigd wordende door de Procureur-Generaal bij het Hof van Justitie in Suriname, zetelende ten Parkette aan de Henck Arronstraat no. 3 te Paramaribo, verweerder;
- verzoeker is ambtenaar in de zin van artikel 1 van de Personeelswet en is sinds 2 juli 1999 in dienst van het Academisch Ziekenhuis Paramaribo, in de funktie van administratief medewerker op de afdeling Boekhouding.
- dat verzoeker vervolgens per 2 april 2002 aangesteld is als Hoofd van de afdeling Debiteuren/Incasso bij het Academisch Ziekenhuis Paramaribo, omdat deze funktie vacant stond na de pensionering van [naam 1], die deze funktie voorheen bekleedde.
- dat verzoeker na zijn aanstelling als Hoofd van de afdeling Debiteuren/Incasso bij de nieuwe thans fungerende algemene directeur van het Academisch Ziekenhuis Suriname, [naam 2] meerdere malen zowel schriftelijk als mondeling erop heeft aangedrongen bevorderd te worden aangezien hij, na zijn aanstelling in een hogere rang is komen te verkeren. (prod I)
- dat verzoeker thans als Hoofd van de afdeling Debiteuren/Incasso echter niet in aanmerking is gekomen voor een bevordering, wat voor hem in financieel opzicht zeer nadelig uitvalt.
- dat verzoeker echter ingevolge artikel 22 van de Personeelswet, na een jaar de funktie van Hoofd Afdeling Debiteuren/Incasso te hebben bekleed, vanaf 2 april 2003 van rechtswege bevorderd is. Dat hij aldus aanspraak maakt op het salaris en alle emolumenten behorende bij die funktie.
- dat verzoeker echter na twee en half jaar deze funktie te hebben bekleedt bij schrijven d.d. 8 november 2004 van de fungerende algemene directeur van het Academisch Ziekenhuis Suriname, [naam 2], werd medegedeeld te worden overgeplaatst naar de zogenoemde back office, waarbij verzoeker onder supervisie van andere boekhoudkundigen zijn werk moet verrichten. (prod II)
- dat verzoeker tegen dit besluit, ingevolge artikel 78 van de Personeelswet zijn beklag heeft gedaan bij de Minister van Volksgezondheid bij schrijven van 30 november 2004 (Prod III), welk schrijven door de minister op 24 december 2004 werd beantwoord in die zin, dat laatst genoemde zich op het standpunt stelt dat verzoeker nimmer is aangesteld als hoofd van de afdeling en er thans derhalve niet kan worden gesproken van ontheffing. (Prod IV). Verzoeke deze producties als hier herhaald en geïnsereerd te willen beschouwen.
- dat het besluit van de Minister thans neerkomt op een verlaging in rang, dat niet met duidelijke redenen gemotiveerd is.
- dat bedoeld besluit in strijd moet worden geacht met artikel 25 van de Personeelswet en tevens in strijd moet worden geacht met de Algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur en wel namelijk met het beginsel dat een ambtenaar niet de voordelen aan een vroegere rang of funktie verbonden zonder duidelijke motivering kunnen worden ontnomen;
Overwegende, dat verzoeker op deze gronden heeft gevorderd;
dat bij vonnis voorzover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
- voormeld besluit, als vervat in het schrijven van de Minister van Volksgezondheid d.d 24 december 2004 [nummer 1] zal worden vernietigd.
- verweerder zal worden gelast binnen 1 x 24 uur na de uitspraak verzoeker in de gelegenheid te stellen zijn funktie als Hoofd van de Afdeling Debiteuren/Incasso te bekleden en uit te oefenen zonder enige hinder zijdens verweerder.
- verweerder zal worden veroordeeld aan verzoeker te betalen de bij deze funktie behorende salaris vermeerderd met alle toelagen en emolumenten vanaf april 2002 tot heden.
- verweerder zal worden veroordeeld tot het betalen van een dwangsom van SRD 1.000,– voor iedere dag dat verweerder nalatig blijft uitvoering te geven aan het vonnis.
- voorts verweerder zal worden veroordeeld in de kosten van het geding.
Overwegende, dat van de Staat Suriname binnen de wettelijke gestelde termijn een verweerschrift ter Griffie is binnengekomen, waarin het navolgende als verweer wordt aangevoerd:
- verweerster (lees: verweerder) ontkent en betwist al hetgeen niet uitdrukkelijk door haar (lees: hem) is erkend. Verweerster (lees: Verweerder) biedt van zijn stellingen bewijs aan, indien en voorzover de bewijslast ingevolge de wet op haar (lees: hem) mocht rusten;
- verweerster (lees: verweerder) kan erkennen dat verzoeker ambtenaar is in de zin van artikel 1 van de Personeelswet: eveneens wordt erkend dat verzoeker sinds 2 juli 1999 in dienst is van het Academisch Ziekenhuis Paramaribo in de funktie van administratief medewerker op de afdeling Boekhouding;
- verweerster (lees: verweerder) ontkent en betwist ten stelligste dat verzoeker sedert 2 april 2002 aangesteld is (was) als Hoofd van de afdeling Debiteuren/Incasso bij het Academisch Ziekenhuis Paramaribo: door de Fungerend Algemeen Directeur van het Academisch Ziekenhuis Paramaribo, [naam 2] is verzoeker per 2 april 2002 overgeplaatst naar de afdeling Debiteuren/Incasso: dit nadat in of na verscheidene voor gesprekken met hem was afgesproken dan wel is voorgehouden dat na gebleken geschiktheid hij in aanmerking zou kunnen komen voor de funktie van hoofd van voormelde afdeling;
- verweerster (lees: verweerder) heeft in ieder geval hiermede verzoeker van den beginne af aangewezen op de voornaamste criteria zijnde – gebleken geschiktheid na beoordeling van zijn prestaties/werkdrang en/of kennis der zaken – welke inherent zijn of zouden zijn na een (officiële) aanstelling als Hoofd van de afdeling Debiteuren/Incasso: aan verzoeker is in ieder geval voorgehouden dat een vervulling van zijn werkzaamheden in optima forma zouden/zullen bijdragen aan een waarborg voor de instelling alszodanig gelet op het feit dat de financiële huishouding daarvan inherent is voor het voortbestaan van de instelling en/of met name het uitbetalen van salarissen aan het personeel;
Verweerster (lees:Verweerder) heeft daarmede in ieder geval voldaan aan de beginselen van behoorlijk bestuur en wel met name het beginsel van correcte bejegening, het beginsel van zorgvuldige kennisgeving en het beginsel van redelijke en billijke belangen afweging;
- met het verstrijken der tijd bleek dat verzoeker disfunctioneerde althans is hij gedurende zijn functioneren aldaar diverse malen aangesproken over het feit dat hij niet adequaat inspeelde bij het indienen en ontvangen van rekeningen, alszijnde de kerntaken van deze afdeling: het Academisch Ziekenhuis Paramaribo (AZP) is daardoor menigmaal in problemen gekomen met het op tijd uitbetalen van salarissen aan het personeel en de aanschaf van benodigde goederen: mede door het disfunctioneren van verzoeker heeft de direktie van het AZP – bij een reorganistatie – de unit Debiteuren/Incasso teruggebracht van een afdeling naar een sectie die ressorteert onder het Hoofd van de Financiële Administratie;
- verzoeker is derhalve vaker voorgehouden beter te functioneren conform hetgeen van hem verondersteld of verwacht moge worden: zulks is niet geschied: aan verzoeker is zijn disfunctioneren ook medegedeeld nadat hij ettelijke malen in de gelegenheid is gesteld zijn arbeid kwalitatief te verbeteren;
- verweerster (lees: verweerder) ontkent en betwist ten stelligste dat – de reorganisatie ten detrimente is (geweest) van verzoeker c.q. dat zulks hem in financieel opzicht zeer nadelig uitvalt: verzoeker is horizontaal, met behoud van alle rechten, overgeplaatst naar een andere afdeling: ten aanzien van het salaris is derhalve niets veranderd;
- nu verzoeker nimmer is aangesteld kan er derhalve ook geen sprake zijn van een ontheffing: ook stelt de verweerster (lees: verweerder) heel nadrukkelijk dat verzoeker ook geen aanspraak maakt op een bevordering van rechtswege: nu hij weliswaar de werkzaamheden kan hebben verricht – welke inherent zouden zijn van die van Hoofd van de afdeling Debiteuren/Incasso – doch nimmer alszodanig is aangesteld;
- verweerster (lees: verweerder) ontkent dan ook in strijd te handelen met of te hebben gehandeld met de Personeelswet en/of met enig in het algemeen rechtsbewustzijn levend beginsel van behoorlijk bestuur (welke door de verzoeker ook niet worden geponeerd);
- dat dit verweerschrift binnen de aan verweerster (lees: verweerder) vergunde termijn is ingediend;
Overwegende, dat verweerder op deze gronden heeft gevorderd:
dat verzoeker in zijn vordering niet zal worden ontvangen, althans deze hem als ongegrond zal worden ontzegd.
Overwegende, dat ingevolge s’ Hoven beschikking van 22 mei 2006 ten dage van verhoor van partijen bepaald in Raadkamer zijn verschenen, verzoeker in persoon, bijgestaan door zijn gemachtigde, advocaat mr. B.G. Beckles, advocaat mr. F.M.S. Ishaak, gemachtigde van verweerder, de heer S.M. De Getrouwe, Hoofd Personeelszaken en mevrouw Claudia Marica – Redan, Administateur van het Landsbedrijf Academisch Ziekenhuis Paramaribo, die hebben verklaard gelijk in het daarvan opgemaakte – hier als ingelast te beschouwen proces-verbaal staat gerelateerd;
Overwegende, dat de gemachtigden van partijen hierna de zaak bij pleidooi nader hebben toegelicht en verdedigd, hebbende de gemachtigde van verzoeker bij pleitnota producties overgelegd, wordende de inhoud – alsmede die van de overgelegde producties – hier als ingelast beschouwd;
Overwegende, dat het Hof hierna vonnis in de zaak heeft bepaald op heden.
TEN AANZIEN VAN HET RECHT:
Overwegende, dat het Hof onder beschikking in de zin van de Personeelswet begrijpt een schriftelijk besluit van een administratief orgaan, gericht op enig rechtsgevolg;
Overwegende, dat nu in het schrijven van 24 december 2004 [nummer 1], naar het oordeel van het Hof, niet is vervat een besluit in de zin van de Personeelwet, waarvan verzoeker vernietiging vraagt, zal het Hof zich onbevoegd verklaren van het gevorderde in onderdeel a van het petitum kennis te nemen; zo ook ten aanzien van het gevorderde in de onderdelen b en c van het petitum als sequeel van het gevorderde in onderdeel a;
RECHTDOENDE IN AMBTENARENZAKEN:
Verklaart zich onbevoegd kennis te nemen van de verzoeker zijn vordering;
Aldus gewezen door de heren: mr. J.R. von Niesewand, Waarnemend-President, mr. H.E. Struiken, Lid en mr. A.A. Hermelijn, Lid-Plaatsvervanger en door Waarnemend-President uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Hof van Justitie van Vrijdag, 2 februari 2007, in tegenwoordigheid van mr. G.A. Kisoensingh-Jangbahadoersingh, Fungerend-Griffier.
w.g. G.A. Kisoensingh-Janghabadoersingh w.g. J.R. von Niesewand
Partijen, verzoeker vertegenwoordigd door advocaat mr. H.P. Boldewijn namens zijn gemachtigde, advocaat mr. B.G. Beckles en verweerder vertegenwoordigd door advocaat mr. A.I. Soechitram namens zijn gemachtigde, advokaat mr. F.M.S. Ishaak , zijn bij de uitspraak ter terechtzitting verschenen.
M.H.
Voor afschrift
De Griffier van het Hof van Justitie
namens deze,
- R.R. Brijobhokun, Wnd.Subst.-Griffier