- Instantie Kantongerecht Eerste Kanton
- Zaaknummer AR-113389
- Uitspraakdatum 25 augustus 2011
- Publicatiedatum 19 mei 2019
- Rechtsgebied Civiel recht
-
Inhoudsindicatie
Toewijzing van de vordering tot stopzetting openbare verkoop. Indien de hoogte van de saldoschuld niet juist is, levert het toch overgaan tot openbare verkoop misbruik van executierecht op. Het is plaatselijk gebruik dat de saldo-opgave wordt betekend aan de schuldenaar alvorens de hypotheekhouder gebruik maakt van het recht van parate executie
(art. 1207 BW)SJB
Uitspraak
A.R. No. 113389
25 augustus 2011
Vonnis in kort geding in de zaak van
a.[Eiser sub A],
b.[Eiser sub B],
beiden wonende in [district],
eisers in kort geding,
tegen
STICHTING SEW-SHIMANI, rechtspersoon,
gevestigd en kantoorhoudende te Paramaribo,
gedaagde in kort geding,
gemachtigde: mr. S. Mangroelal, advocaat.
1. De procesgang
1.1. Deze blijkt uit de volgende processtukken/proceshandelingen:
– het verzoekschrift dat op 3 augustus 2011 ter griffie van de kantongerechten is ingediend;
– de conclusie van antwoord met producties;
– de conclusie van repliek met producties;
– de conclusie van dupliek.
1.2 De uitspraak van het vonnis is bepaald op heden.
2. De feiten
2.1 Eisers hadden hypotheek gevestigd op een aan hen in eigendom toebehorend onroerend goed (hierna het onroerend goed) ten behoeve van Stichting La Coruña.
2.2 Op 16 september 2010 heeft gedaagde de schuld van eisers op Stichting La Coruña voldaan. Eisers hebben toen wederom hypotheek gevestigd op het onroerend goed doch thans ten behoeve van gedaagde.
2.3 Bij exploit van deurwaarder G.O. Niekoop, dd. 5 juli 2011 heeft gedaagde aan eisers betekend en afschrift van de akte van geldlening met hypotheekstelling. Daarbij zijn eisers aangezegd om aan gedaagde te betalen de som van SRD 34.000,= zijnde de verschuldigde hoofdsom op 16 september 2010, te vermeerderen met de rente vanaf 17 september 2010 tot aan de dag der algehele voldoening en voorts de gemaakte kosten.
3. De vordering, de grondslag en het verweer
3.1 Eisers vorderen na wijziging van eis, bij vonnis bij voorraad:
Primair:
a. De stopzetting van de aangekondigde openbare verkoop op 26 augustus 2011 ten overstaan van notaris mr. M.A. Bisoen-Nannan Panday, op het aan hen in eigendom toebehorend goed.
Subsidiair:
a. gedaagde te verbieden om het onroerend goed in het openbaar te verkopen ter inning van zijn vordering voor een groter bedrag dan SRD 18.680,=, vermeerderd met de rente van 2% rente per maand en verminderd met het ontvangen bedrag van SRD 24.359,03 of een door de kantonrechter vast te stellen rente vanaf 16 september 2010.
b. gedaagde te veroordelen tot betaling van een dwangsom groot SRD 25.000,= voor elke keer dat zij in strijd handelt met het gevorderde onder punt b (lees a) van het petitum.
3.2 Eisers ontkennen de hoogte van de door gedaagde aan hen betekende saldoschuld. Zij voeren daartoe aan dat ten onrechte dan wel abusievelijk in de akte van geldlening en hypotkeekstelling is opgenomen dat de hoofdsom bedraagt SRD 34.000,=. Voorts stellen zij dat zij meerdere bedragen hebben afgelost dan wel doen aflossen, en dat de aan hen betekende saldoschuld nimmer SRD 34.000,= kan bedragen.
3.3. De kantonrechter komt indien nodig terug op het verweer van gedaagde in de beoordeling.
4. De beoordeling
4.1 De kantonrechter gaat voorbij aan het verweer van gedaagde dat er geen sprake is van een spoedeisend belang. Immers blijkt uit de aard van de vordering en de vordering zelf dat er wel sprake is van een spoedeisend belang.
4.2 Gedaagde is niet consequent in haar verweer. Immers voert zij eerst aan dat eisers nooit hebben betaald om vervolgens aan te geven dat de saldoschuld bedraagt SRD 17.738,47.
Aangezien eisers bij exploit van deurwaarder G.O. Niekoop, dd. 5 juli 2011 zijn aangezegd om aan gedaagde te betalen de som van SRD 34.000,=, terwijl gedaagde thans aangeeft dat de saldoschuld tot 16 augustus 2011 bedroeg SRD 17.738,47 is de kantonrechter van oordeel dat eisers voldoende aannemelijk hebben gemaakt dat de hoogte van de saldoschuld niet juist is. Door toch over te gaan tot de openbare veiling, is de kantonrechter van oordeel dat gedaagde misbruik maakt van haar executierecht.
Het verweer van gedaagde dat eisers doen voorkomen alsof bij de aanzegging van de veiling ook de saldo-opgave betekend zou moeten zijn en voorts dat eisers geen sommatie hoefden te verwachten omdat de schuld volgens de akte opeisbaar wordt enkel door wanprestatie, gaat niet op.
Het is plaatselijk gebruik dat de saldoschuld wordt betekend aan de schuldenaar, alvorens de hypotheekhouder gebruik maakt van zijn recht ex artikel 1207 BW. Hieraan doet niet af dat eisers zelf een deugdelijke en een met de werkelijkheid overeenstemmende opgave hadden kunnen maken.
Op grond van het voorgaande is de kantonrechter van oordeel dat het onder primair gevorderde kan worden toegewezen.
4.3 Bespreking van de overige stellingen en weren van partijen wordt overbodig geacht.
4.4. Gedaagde zal als de in het ongelijk gestelde partij de proceskosten moeten dragen.
5. De beslissing
5.1 Verbiedt gedaagde om over te gaan tot de aan eisers aangezegde openbare verkoop op 26 augustus 2011 ten overstaan van notaris mr. M.A. Bisoen-Nannan Panday, met betrekking tot het aan eisers in eigendom toebehorende onroerend goed onder verbeurte van een dwangsom van SRD. 50.000,= (vijftigduizend Surinaamse Dollar) indien zij in strijd handelt met het voorgaande.
5.2 Verklaart het vonnis zover nodig uitvoerbaar bij voorraad.
5.3 Veroordeelt gedaagde in de proceskosten aan de zijde van eisers gevallen en tot aan deze uitspraak begroot op SRD 215,= (tweehonderd en vijftien Surinaamse Dollar).
5.4 Wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter in kort geding mr. I.S. Chhangur-Lachitjaran, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van het eerste kanton van donderdag 25 augustus 2011 te Paramaribo door de kantonrechter in kort geding, mr. R.G. Rodrigues, in tegenwoordigheid van de substituut griffier mr. L.J. van Bossé.
w.g. L.J. van Bossé w.g. I.S. Chhangur-Lachitjaran
w.g. R.G. Rodrigues