Uitspraak in kort gedingzaak OPTSU e.a. tegen RBN en de President

Op 23 mei 2025 heeft de kantonrechter uitspraak gedaan in het kort geding dat door OPTSU samen met anderen is aangespannen tegen Rapar Broadcasting Network (RBN) en de President. De zaak draaide om de maatregelen die de President had getroffen in aanloop naar de algemene vrije- en geheime verkiezingen van zondag 25 mei 2025. Deze maatregelen, vastgelegd in een resolutie, bepaalden onder andere dat vanaf vrijdag 23 mei 2025 tot en met maandag 26 mei 2025 politieke propaganda via de media en publieke bijeenkomsten verboden was. Rapar heeft aangekondigd dat de President op zaterdag 24 mei 2025 om 10.00 uur in het praatprogramma KAAK zou zijn.

De eisers wilden dit voorkomen en stapten daarom naar de rechter. Zij stelden dat deelname van de President aan het programma in strijd zou zijn met de resolutie. Ze vorderden onder meer een verbod op de uitzending. Op de dag van de zitting, 23 mei 2025, liet Rapar per brief aan de rechter weten dat het programma niet zou doorgaan. Hierdoor trokken de eisers een deel van hun vordering in. Zij hielden echter vast aan de rest van hun vordering, waaronder een verbod aan Rapar en de President om op een andere wijze de resolutie te overtreden.

De rechter beoordeelde de zaak en stelde vast dat het programma niet doorging maar dat er toch nog een uitspraak nodig was over de resterende vorderingen.

De eisers benadrukten dat het publiek mogelijk niet zou kunnen onderscheiden in welke hoedanigheid de President in een radioprogramma zou spreken en dat dit verwarring en politieke beïnvloeding zou kunnen veroorzaken. Rapar gaf aan dat het programma bedoeld is voor open gesprekken en dat de resolutie niet met zich meebrengt dat de President niet met de samenleving zou mogen communiceren.  

De kantonrechter oordeelde dat uit de zaken die de eisers aanvoerden niet bleek dat de President of Rapar de resolutie zouden overtreden. De rechter zag daarom geen reden om een verbod op te leggen. De rechter wees de vorderingen af.

 

Paramaribo, 16 juni 2025

Communicatie Unit Hof van Justitie