- Instantie Hof van Justitie
- Zaaknummer GR 14316
- Uitspraakdatum 06 juli 2007
- Publicatiedatum 11 juli 2023
- Rechtsgebied Civiel recht
-
Inhoudsindicatie
Het Hof heeft appellante niet-ontvankelijk verklaard in het door haar ingestelde hoger beroep, omdat zij de wettelijke termijn van 14 dagen (art. 235 Rv) niet in acht heeft genomen. De dienstbrief (cnf art. 119 lid 3 Rv) is namelijk op 07 april 2006, terwijl zij op 18 mei 2006 in hoger beroep is gekomen van het vonnis.
Uitspraak
HET HOF VAN JUSTITIE VAN SURINAME
GENERALE ROL NO.14316
[Appellante], handelende onder [handelsnaam], wonende aan [adres 1] in het [district], ten deze domicilie kiezende aan de Einaarstraat no.8, voor wie als gemachtigde optreedt, Mr.F.F.P.Truideman, advokaat,
appellante in Kort Geding,
t e g e n
[Geïntimeerde], wonende aan [adres 2] in het [district], ten deze domicilie kiezende te Paramaribo aan de Prins Hendrikstraat 76 bij het Advokatenkantoor Essed & Sohansingh, voor wie als gemachtigde optreedt, Mr.R.Sohansingh, advokaat,
geintimeerde in Kort Geding,
De President spreekt in deze zaak, in Naam van de Republiek, het navolgende vonnis uit:
(Betalend) Het Hof van Justitie van Suriname;
Gezien de stukken van het geding waaronder:
- het in afschrift overgelegd vonnis van de Kantonrechter in het Eerste Kanton in Kort Geding van 1 maart 2006 tussen partijen gewezen en uitgesproken;
- het proces-verbaal van de Griffier van het Eerste Kanton van 18 mei 2006, waaruit blijkt van het instellen van hoger beroep;
Gehoord partijen bij monde van haar respectieve advokaten;
TEN AANZIEN VAN DE FEITEN:
Overwegende, dat uit de stukken van het geding in eerste aanleg blijkt, dat [geïntimeerde] als eisende partij in eerste aanleg zich bij verzoekschrift tot de Kantonrechter in het Eerste Kanton heeft, gewend daarbij stellende:
- Eiseres wenst de navolgende vordering in Kort Geding in te stellen tegen: [Appellante], handelende onder [handelsnaam], wonende aan [adres 1] in het [district], gedaagde;
- 2. Huurkoopovereenkomst
Eiseres heeft op 22 april 2005 van gedaagde op huurkoopbasis gekocht en gelijk gedaagde aan eiseres op huurkoopbasis heeft verkocht, een tweedehandse voertuig van het merk Ssangyoung Musso, bouwjaar 1997, voor de koopsom van Us$ 15.000,– (vijftienduizend Amerikaanse dollars) (produktie no.1). Op vorenvermeld datum heeft eiseres aan gedaagde betaald een bedrag van US$ 14.000,– (veertienduizend Surinaamse dollars) (produktie no.2), latende een saldobedrag van US$ 1.000,– (éénduizend Amerikaanse dollars), welk bedrag op 17 mei 2005 volledig is voldaan (produktie no.3). De volledige koopsom is dus betaald aan gedaagde.
- 3. Ruilovereenkomst
Oorspronkelijk was het de bedoeling dat eiseres zou kopen het voertuig van het merk Ssangyoung Korando, groen gelakt, bouwjaar 1997, voor de Koopsom van US$ 15.000,– (vijftienduizend Amerikaanse dolars). Echter bleek er een onderdeel van dit voertuig defect te zijn, waardoor het voertuig niet reed. Door gedaagde is toen aan eiseres aangeboden voorlopig de Musso te nemen c..q. te kopen en als het onderdeel geplaatst zou zijn in de Korando, eiseres de Korando kon komen halen en de Musso teruggeven aan gedaagde. Tot dan zou eiseres de Musso mogen gebruiken en rijden. Tussen partijen is er vervolgens dus een ruilovereenkomst tot stand gekomen, inhoudende dat gedaagde het ontbrekende onderdeel van de Korando zou laten kopen of importeren en dat de gekochte Musso geruild zou worden met de Korando. Uit de hierbij overgelegde produkties no’s 4 en 5 blijkt dat er een ruilovereenkomst tussen partijen tot stand is gekomen.
4.Wanprestatie c.q. onrechtmatige daad
Eiseres heeft gedaagde herhaalde malen verzocht om de Ssang young Korando aan haar te leveren. Gedaagde heeft eiseres steeds medegedeeld dat zij nog moet wachten aangezien het onderdeel nog niet in voorraad is. Omstreeks juni 2005 was gedaagde nog niet overgegaan tot de levering van de Ssangyoung Korando. Eiseres heeft zich toen gewend bij de politie. Gedaagde heeft toen bij monde van [naam 1] – echtgenoot van gedaagde – aan de Inspecteur van Politie, Otmar Armand Thijssen, de toezegging gedaan de Ssangyoung Korando nog dezelfde dag te leveren aan eiseres. Gedaagde heeft zich niet aan haar woord gehouden. Indien nodig, is Inspecteur van Politie, Otmar Armand Thijssen bereid aan de Kantonrechter terzake het voorgaande een verklaring ter terechtzitting af te leggen. Thans zijn er als bijkans 5 maanden verstreken en heeft eiseres nog niet over haar Ssangyoung Korando kunnen beschikken. Door alzo te handelen pleegt gedaagde wanprestatie c.q een onrechtmatige daad jegens eiseres, als gevolg waarvan eiseres schade lijdt en voor welke schade gedaagde aansprakelijk is. De Musso bleek ook nog vele gebreken te vertonen, waardoor eiseres constant in de kosten wordt gejaagd. Immers, ondanks herhaalde aandringen van eiseres weigert gedaagde de kosten van de Musso te vergoeden en weigert zij de Korando af te geven, zonder enig opgaaf van reden dan wel zonder enig gegronde reden. Gedaagde handelt dan ook onrechtmatig jegens eiseres. Eiseres heeft ook getracht de huurkoopovereenkomst en de ruilovereenkomst met gedaagde te ontbinden en de Musso terug te geven, doch gedaagde wenst daaraan ook niet mee te werken, als gevolg waarvan eiseres met alle schade zit.
- Spoedeisend belang.
Eiseres wordt steeds in de kosten gejaagd aangezien de Musso constant gebreken vertoont (produktie no. 6) en niet in rijdende staat is. Eiseres ontbeert dan ook een in goede staat verkerende voertuig. Zij heeft dan ook een spoedeisend belang bij onderhavige vordering. Immers zij heeft US$ 15.000,– voor een voertuig betaald die blijkt absoluut niet te deugen en niet in goede staat is, terwijl zij recht en belang heeft op een in goede staat zijnde Korando, zoals overeengekomen. Door het ontberen van een in goede staat verkerende voertuig kan eiseres zich niet vrijelijk verplaatsen, weshalve er onverwijld een voorziening bij voorraad gewenst is.
- De Kantonrechter wordt verzocht de hierbij overgelegde produkties no.1 t/m 6 hier als ingelast en woordelijk herhaald te willen beschouwen.
Overwegende, dat de eisende partij op deze gronden heeft gevorderd:
dat bij vonnis in Kort Geding, uitvoerbaar bij voorraad, op de minuut en op alle dagen en uren:
Primair:
Gedaagde zal worden veroordeeld om binnen 1 x 24 uur na de uitspraak, althans een binnen door de Kantonrechter in goede justitie te bepalen termijn, aan eiseres te leveren een in goede en rijdende staat verkerende Ssangyoung Korando, groen gelakt, bouwjaar 1997, onder verbeurte van een dwangsom van SRD 10.000,– (tienduizend Surinaamse Dollars) per dag, voor ieder dag dat gedaagde in gebreke blijft aan dit vonnis te voldoen.
Subsidiair:
- zal worden geschorst c.a. (lees: c.q) zal worden opgeschort, de tussen partijen bestaande huurkoopovereenkomst en ruilovereenkomst.
- Gedaagde zal worden veroordeeld om binnen 1 x 24 uur na de uitspraak, althans een binnen door de Kantonrechter in goede justitie te bepalen termijn, aan eiseres terug te betalen het bedrag van US$.15.000,– (vijftienduizend Amerikaanse dollars), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van rechtsingang tot aan die der algehele voldoening, Kosten rechtens.
Overwegende, dat de Kantonrechter bij vonnis in Kort Geding van 1 maart 2006 op de daarin opgenomen gronden:
- De gedaagde heeft veroordeeld om binnen twee dagen na dagtekening van het vonnis, aan eiseres te leveren een in goede en rijdende staat verkerende Ssangyoung Korando, groen gelakt, bouwjaar 1997;
- De gedaagde heeft veroordeeld om ten titel van dwangsom aan eiseres te betalen de som van Srd.10.000,– (TIENDUIZEND SURINAAMSE DOLLAR) per dag, voor iedere dag dat gedaagde ingebreke blijft aan dit vonnis te voldoen.
- Dit vonnis tot zover vermeld uitvoerbaar bij voorraad heeft verklaard.
- De gedaagde heeft veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van de eiseres gevallen en tot aan deze uitspraak begroot op SRD 139,– (HONDERD NEGENENDERTIG SURINAAMSE DOLLAR)
- Hetgeen meer of anders gevorderde heeft afgewezen.
Overwegende, dat blijkens hogervermeld proces-verbaal [appellante] in hoger beroep is gekomen van voormeld eindvonnis in Kort Geding van 1 maart 2006;
Overwegende, dat bij exploit van deurwaarder Denny Armand van Brussel van 10 januari 2007 aan geïntimeerde aanzegging van het ingestelde hoger beroep is gedaan, terwijl uit de ten processe aanwezige stukken blijkt, dat de rechtsdag voor de behandeling der zaak in hoger beroep voor het Hof van Justitie aan partijen is aangezegd;
Overwegende, dat de advokaten van partijen te dienende dage de zaak bij pleidooi nader hebben toegelicht en verdedigd, hebbende de gemachtigden van partijen bij pleitnota en antwoord pleidooi produkties overgelegd, wordende de inhoud – alsmede die van de overgelegde produkties – hier als ingelast dient te worden beschouwd.
Overwegende, dat het Hof hierna vonnis in de zaak heeft bepaald op heden.
TEN AANZIEN VAN HET RECHT:
Overwegende, dat, naar uit het procesdossier blijkt, tussen appellante als gedaagde en geïntimeerde als eiseres vonnis in kort geding gewezen en uitgesproken is op 1 maart 2006 in de zaak, bekend in het Algemeen Register onder nummer 05/4665, waarvan het dictum luidt:
- Veroordeelt de gedaagde om binnen twee dagen na dagtekening van het vonnis, aan eiseres te leveren een in goede en rijdende staat verkerende Ssangyoung Korando, groen gelakt, bouwjaar 1997;
- Veroordeelt de gedaagde om ten titel van dwangsom aan eiseres te betalen de som van Srd.10.000,– (TIENDUIZEND SURINAAMSE DOLLAR) per dag, voor iedere dag dat gedaagde ingebreke blijft aan dit vonnis te voldoen.
- Verklaart dit vonnis tot zover vermeld uitvoerbaar bij voorraad;
- Veroordeelt de gedaagde in de proceskosten aan de zijde van de eiseres gevallen en tot aan deze uitspraak begroot op SRD 139,- (HONDERD NEGENENDERTIG SURINAAMSE DOLLAR);
- Wijst af hetgeen meer of anders is gevorderd;
Overwegende, dat appellante als gedaagde in eerste aanleg niet persoonlijk bij de uitspraak in prima tegenwoordig is geweest en daarbij evenmin aanwezig was de advokaat die volgens dat vonnis als haar gemachtigde op trad;
Overwegende, dat naar voorts uit het procesdossier blijkt, aan appellante bij dienstbrief de dato 7 april 2006 door de griffier ingevolge artikel 119 lid 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering mededeling is gedaan van de inhoud van gemeld vonnis;
Overwegende, dat, naar wijders uit het procesdossier blijkt, appellante op 18 mei 2006 in hoger beroep gekomen is van het vonnis de dato 1 maart 2006, en mitsdien 41 dagen nadien in beroep is gekomen, terwijl de wet slechts een termijn van 14 dagen toestaat;
Overwegende, dat appellante derhalve niet ontvankelijk is in
het ingestelde beroep en de kosten van het geding in hoger beroep gevallen zal moeten dragen;
RECHTDOENDE IN HOGER BEROEP IN KORT GEDING:
Verklaart appellante niet ontvankelijk in het door haar ingestelde beroep tegen het vonnis van de Kantonrechter in het Eerste Kanton in kort geding gewezen en uitgesproken op 1 maart 2006;
Veroordeelt haar in de kosten aan de zijde van geïntimeerde op de procedure in hoger beroep gevallen tot dusver begroot op SRD 150,–
Met inbegrip van het door het Hof aan haar advokaat voor het door haar gehouden pleidooi toegekende salaris van SRD 150,–;
Bepalen het Hof het salaris van de advokaat van de appellante eveneens op SRD 150,–;
Aldus gewezen door de heren: Mr.J.R.von Niesewand, President, Mr.D.D.Sewratan, Lid en Mr.A.Charan, Lid-plaatsvervanger en door de President uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Hof van Justitie van Vrijdag, 6 juli 2007, in tegenwoordigheid van Mr.G.A.Kisoensingh-Jangbahadoersingh, Fungerend-Griffier.
w.g. G.A. Kisoensingh-Jangbahadoersingh w.g. J.R. von Niesewand
Partijen, appellante vertegenwoordigd door advokaat Mr.C.P.B. Baal namens haar gemachtigde, advokaat Mr.F.F.P.Truideman en geintimeerde vertegenwoordigd door advokaat Mr.S.Bikharie namens haar gemachtigde, advokaat Mr.R.Sohansingh, zijn bij de uitspraak ter terechtzitting verschenen.
M.H.
Voor Afschrift
De Griffier van het Hof van Justitie,
M.E. van Genderen-Relyveld.